In het vroege voorjaar eind februari-begin maart is en nog weinig voor de bijen te halen. Met wat geluk vinden ze op een zachte winterdag wat stuifmeel van winterakoniet, sneeuwklokje, krokus of vroeg bloeiende klein hoefblad.
In december en januari is het voor de winterbijen nog moelijker om wat stuifmeel te vinden. Met wat geluk bloeit er in december nog late klimop. Een uitgesproken goede drachtplant rond de jaarwisseling voor winterbijen is de Mahonia. Mahonia aquifolium is een breedopgaande wintergroene sierheester, die een hoogte kan bereiken van 1,50 tot 2,00 meter.
De bloeiende struiken verspreiden een zoete geur en de later gevormde donderblauw bessen zijn geliefd bij de vogels.
Eind februari zag ik in een tuin in Amsterdam-Noord een bloeiende struik waarin het zoemde van de bijen. Het bleek een winterkamperfoelie te zijn.
De winterkamperfoelie met als Latijnse naam: Lonicera fragrantissima is een bolvormige, bossige struik van 1,50-2,00 meter hoog met dofgroene bladeren. De heerlijk geurende ivoorwitte bloemen bloeien vanaf eind januari tot april. Na de bloei vormen zich rode besjes en deze zijn giftig! De plant is inheems in China. De plant is goed winterhard De standplaats vraagt zon tot half schaduw. Helaas kom je deze superbijenplant maar weinig tegen.
Een andere bijzondere drachtplant trof ik vorig voorjaar aan bij de eerder genoemde imker in Venlo. Het gaat om de Amandelwilg (Salix triandra “Semperflorens”). Deze bloeit in het voorjaar en in de zomer en kan wel zes tot zeven meter hoog worden. Deze wilg is inheems in Europa en Azië en is in Nederland vrij zeldzaam.
Op mijn tuin in Cronesteyn heb ik nu inmiddels 150 takken van de Amandelwilg in de grond gestoken om te bewortelen. Het doel is deze uit te planten in polderpark Cronesteyn. Als iemand eens stek wil hebben, laat het me maar weten.